'Everybody needs a Millie'

Als kind voelde ik me altijd een beetje als Matilda van Roald Dahl. Een gevoelig en beetje vreemd meisje dat graag las. Die gemene ouders had ik gelukkig niet, maar ik was net een beetje anders dan de rest. Mijn ouders spraken plat Amsterdams, ik vloeiend ABN. Ik groeide op in Amsterdam-Oost in de jaren ‘80 en was een buitenbeentje in de klas. Ken je de serie de verschrikkelijke jaren ‘80 van Kim van Kooten? Die vibe: mijn jeugd. Die echoot nog altijd door in mijn heden.

Mijn moeder was huisvrouw. Mijn vader was diabetespatiënt en vanaf mijn 12e ook nierpatiënt en arbeidsongeschikt. Hij lag vaak in het ziekenhuis en voelde zich meestal hondsberoerd. Mijn moeder had haar handen vol aan hem. Mijn vaders motto: een goed kind regeert zichzelf. Op mijn 16e besloot ik dan ook dat ik het zelf allemaal wel zou uitzoeken. Die keuze maakte me vroeg volwassen en zelfstandig. Een tough cookie, soms tegen wil en dank.

En wie mij echt kent weet dat …

… ik weliswaar ‘maar’ 1.65 meter ben, maar me nooit klein voel.
… mijn motto ‘I love it when a plan comes together’ is, geleend van Hannibal uit de tv-serie ‘The A-team’.
… ik geloof in NEE zeggen en dan misschien JA doen, maar zeker niet in JA zeggen en NEE doen.
… ik nogal snel ontroerd ben door mooie films en oude mensen.
… ik soms dingen ‘gewoon’ weet.
… ik mijn eigen dansje heb dat mijn vriendinnen ‘de Millie’ noemen.
… ik samen met Jurgen een samengesteld gezin heb met drie dochters.

Aan het werk

In het jaar waarin ik eindexamen deed, overleed mijn vader. Hij koos voor euthanasie op 1 december 1997. Mijn examen haalde ik net niet. Het was te veel. Na mijn vaders overlijden nam ik (onbewust) zijn plek in als hoofd van het gezin. Ook dook ik 2 maanden onder in een bubbel van slapen, hangen en niks doen, tot ik het zat was en ging werken in een boekwinkel.

Happily ever after
Na 2 jaar boekwinkel wist ik dat dit me niet verder zou brengen. Ik ging Media & Informatiemanagement studeren aan de HvA. Ondertussen kocht ik met mijn toenmalige vriend een huis in Haarlem. We verbouwden het zelf en waren van plan om nog lang en gelukkig te leven. Totdat in 2004 mijn moeder opeens doodging. 

Als ik niet aan het werk ben, dan ben ik …

… iets aan het leren. Er staat altijd iets op mijn verlanglijstje wat ik nog wil kunnen. Nog beter schrijven bijvoorbeeld – ik droom van een eigen column in een magazine.
… samen met mijn man leuke dingen aan het doen (of aan het bedenken). Samen koken bijvoorbeeld, of verbouwen.
… met mijn dochters (die me ‘streng doch rechtvaardig noemen’) een film aan het kijken of aan het winkelen.
… met mijn zus of vriendinnen aan het appen of bellen (of slap aan het liggen van het lachen). En liefst zie ik ze ook regelmatig live natuurlijk.

Not again

Ik was 26 en wees. Wat volgde was een achtbaan van het huis leegruimen, een huis zoeken voor mijn zus, verder moeten zonder moeder En doorleven. Want dat is wat ik deed. Ik wilde vooral niet te veel aandacht besteden aan het feit dat ik zo jong mijn ouders had verloren. Ik deed het af als een ongemak. Shit happens. Dus door: in 2005 trouwen, in 2006 een baby, in 2007 scheiden, in 2009 een nieuwe liefde, in 2012 nog een baby.  

Wat nu?

Ondertussen werkte ik als projectmanager in het communicatievak. In 2018 had ik mijn laatste vaste baan. Ik was 41 en wist dat ik een talent had. Maar hoe dat talent dan heette of hoe ik daar iets mee kon doen? Ik had geen idee. Maar: er is altijd wel ergens een beginnetje. Daarom startte ik als zelfstandige. Werkend, lerend en zoekend gaf ik mijn talent steeds meer handen en voeten. Ik kan goed spiegelen, enthousiasmeren, ben scherp, snel en slim. Streetwise. Ik zet mensen aan en ik weet altijd wat de eerstvolgende stap is. Na 3 jaar om de hete brij heen draaien accepteerde ik het onvermijdelijke: ik ben coach. Coachen is wat ik altijd al deed, waarvoor mensen mijn hele leven bij me aankloppen. Ik doe het moeiteloos en met veel plezier. 

Zelfonderzoek
Dus ik erkende mezelf als coach en deed als slagroom op de taart de post-HBO-coachopleiding aan het UNLP. De opleiding confronteert je continu met je eigen shit. In mijn geval: mijn overleden ouders, die ik zo zorgvuldig achterin de ijskast had gezet. Ik haalde ze eruit en keek alles aan wat aangekeken moest worden. Het opleidingsjaar was een emotionele deep dive. Had ik even niet zien aankomen. Maar aan het eind van de rit had ik mooi wel veel meer zachtheid. En rust. 

"Trust the process they say. Trust the intentions I say"

– Millie

De professionele stappen die ik zelf heb gezet

Mijn hart gaat sneller kloppen van …

… mooie mensen (mooi van binnen en van buiten)
… nieuwe schoenen
… eigenlijk alles met glitters
… fijne boeken en bladen
… inspirerende interieurs
… lekker en goed eten

En verder?

Verder combineer ik mijn coachwerk met mijn (samengestelde) gezin van 3 meiden, mijn man, twee katten en puppy Finn. En in 2024 werk ik ook nog 2 dagen per week als communicatieprofessional voor de Vereniging leven met dood. Als producer mag ik de meest prachtige verhalen laten optekenen voor www.rouwinformatie.nl.

Divergent denken

Sinds 2018 waren al veel kwartjes gevallen, maar tijdens en na de opleiding kwamen ze met bakken uit de lucht. Ik deed zelfonderzoek, keerde naar binnen, buiten en soms opnieuw naar binnen. Ik herkende mezelf in de labels introvert, (hoog)sensitief, INFJ, Manifestor 6/2. Echte duidelijkheid kreeg ik toen ik het boek Uitzonderlijk talent las van Frans Corten, waarin hij schrijft: 

Divergent denken is een onderdeel van creatief denken. Het is de fase waarin je in gedachten of in een gesprek nog alle kanten op gaat. Je hebt werkelijk nog geen idee wat er uit al die mogelijkheden en gedachten voort gaat komen.

Divergent, dat is hoe mijn denken is. En dat denken past precies in mijn cocktail van labels, levenservaring, levenslust, liefde en lichtheid die ik meebreng in mijn werk als coach. 

Veel inspireert mij. En daar schrijf ik inspiratiemails over. Zodat jij er ook iets aan hebt! Schrijf je in en ik mail je af en toe over wat mij bezig houdt!